Boksum – Bij het uitgraven van de nieuwe opvaart bij Boksum is een grafkuil gevonden met vijf of zes skeletten. Volgens archeologen gaat het mogelijk om slachtoffers van de Slag bij Boksum in 1586. Het zou dan de eerste keer zijn dat mensenresten worden gevonden van de veldslag.
Dat de lichamen in één kuil zaten betekent dat ze gelijktijdig zijn begraven. ,,Vijf of zes mannen in één kuil op deze locatie. Dan weet je dat er sprake is geweest van geweld, want anders vind je ze nooit bij elkaar in een graf. En dan is het meteen ook heel verleidelijk om te denken aan de Slag bij Boksum.”
Foto LC
De Slag bij Boksum vond plaats rond 17 januari 1586. Het was een veldslag tijdens de Tachtigjarige Oorlog, de oorlog waarbij inwoners van de toenmalige Nederlanden in opstand kwamen tegen de overheersing van het Spaanse Rijk. Bij Boksum kwam het destijds tot een veldslag tussen een leger van de Spaanse bevelhebber Johan Baptiste van Taxis en een Friese troepenmacht. De Spanjaarden wonnen en aan Friese zijde sneuvelden minstens vijfhonderd mannen.
De Langen vertelt dat het erop lijkt dat een van de schedels een harde slag heeft gehad. Omdat de archeologen nu schatten dat de schedels dateren van omstreeks 1600, wordt het vermoeden steeds groter dat het gaat om slachtoffers van de Slag bij Boksum.
Volgens De Langen gaat het om skeletten van jonge mannen. Dat zou de kans groter maken dat het gaat om slachtoffers aan Friese zijde: waarschijnlijk waren de Spanjaarden beter opgeleid en daardoor ouder. ,,Maar je weet maar nooit hoe het destijds precies ging.”
De archeoloog zegt dat het erg bijzonder zou zijn als kan worden vastgesteld dat het om slachtoffers gaat van de Slag bij Boksum. ,,We weten dat er heel veel gevechten en oorlogen gevoerd zijn, maar daar vind je normaal niet veel van terug. En dan vind je opeens de skeletten van zes mensen in een kuil die je aan een van die historische gebeurtenissen zou kunnen koppelen.”
Vanmiddag wordt een klein deel van de vondsten tentoongesteld voor belangstellenden. Dat gebeurt op het terrein aan de Pypsterbuorren in Boksum van een uur tot half vijf.
Bron: Friesch Dagblad – woensdag, 9 maart 2016
Macabere sporen van bloedbad bij Boksum
De aangetroffen schedels en knekels bij Boksum lijken de restanten van een veldslag uit de Tachtigjarige Oorlog. Zulke vondsten zijn erg zeldzaam.
De slag bij Boksum vormde het slot van een gruwelijke rooftocht door Friesland in de Tachtigjarige Oorlog. De knekels die afgelopen week opdoken onder de Pypsterbuorren lijken hier een overblijfsel van. Zo’n concrete oorlogsvondst is uitzonderlijk voor Friese begrippen.
Wie wil begrijpen wat er die vreselijke dag gebeurde, moet terug naar het jaar 1580, toen Friesland zich losmaakte van de gehate Spaanse koning Philips II. De Spaansgezinden bleven nog lang de baas in Groningen en Overijssel, van waaruit zij Friesland opnieuw probeerden te veroveren.
Om dit te verhinderen, stelden de Friese Staten de dappere krijgsman Willem Lodewijk van Nassau (Us Heit) aan als stadhouder. Zijn taak was zwaar, want vanuit hun bolwerk Steenwijk loerden de ‘Spanjaarden’ nog jarenlang op Friesland.
oen de stadhouder eind 1585 met een deel van zijn soldaten tijdelijk naar Zeeland afreisde, grepen de Spaansgezinden hun kans. Naar verluidt vielen 3700 krijgslieden over bevroren wateren het zuidwesten van Friesland binnen.
‘Voor de zekerheid hebben we DNA zekergesteld’
Ze plunderden, verkrachtten en moordden er op los. Angstige vrouwen en kinderen vluchtten de kerk van Winsum in en stierven bij bosjes toen het gebouw in brand werd gestoken. De militaire leiders in Leeuwarden stuurden snel een geïmproviseerd legertje naar Boksum om de Spaansgezinden tegen te houden. In de bevroren bodem probeerden de Friese soldaten en vrijwilligers zich ‘in te graven’.
Zij waren hiermee nog niet klaar toen de Spanjaarden en Nederlandse helpers het dorp op de zeventiende januari 1586 aanvielen. De Friezen werden hierbij vernietigend verslagen. Zelfs voorzichtige schattingen gaan uit van vier- tot vijfhonderd doden door de Spaanse inval.
Veel plezier hadden de Spaansgezinden er overigens niet van. Door invallende dooi en oprukkende troepen van Us Heit zagen zij zich gedwongen snel naar katholiek gebied terug te reizen met achterlating van hun buit, kanonnen en doden.
De botten die vorige week bij Boksum opdoken, stelden de archeologen eerst voor een raadsel: ,,Ze liggen in een kuil in de zeedijk’’, zegt archeoloog Arjan Hullegie. Eerst werd dan ook gedacht aan een grafvondst uit de middeleeuwen, toen Boksum nog aan de Middelzee lag.
Maar de opvallende vondst van een schedel met kogelgat en het roodbakkend aardewerk tussen de botten duiden op de zestiende eeuw. Daarmee ligt er een link naar de bekende ‘Slag bij Boksum’.
De dijk was toen al lang omringd door landerijen, en kon in de oorlog strategisch worden gebruikt. Zouden Friese strijders zich hier hebben ingegraven, waarna zij in hun verdedigingskuil werden overrompeld en gedood?
Verzamelkuilen
Een andere mogelijkheid is dat dorpsbewoners achteraf enkele verzamelkuilen hebben gegraven voor de lijken op het slagveld. Officieren zullen vast netjes zijn begraven door hun adellijke families, terwijl een naamloos graf dienst kon doen voor ongeïdentificeerd voetvolk, mogelijk van Spaanse zijde.
,,Voor de zekerheid hebben we DNA zekergesteld’’, vertelt Jet Tolsma van Antea. Of dit geanalyseerd wordt, is nog onduidelijk, want het kost veel geld. Dit zou wel duidelijk kunnen maken of een geraamte aan een Spanjaard of Fries toebehoorde.
Ook andere aspecten verleiden tot onderzoek. Het kogelgat zat bijvoorbeeld aan de bovenzijde van het doodshoofd: dit vertelt iets over de gevechtssituatie. De kogel doorboorde de schedel slechts aan één kant, maar is gek genoeg niet teruggevonden.
Leeuwarder Courant: Erwin Boers – 10 maart 2016
Zie ook: